‘Mijn hartfalen bleef onopgemerkt. Met een PGO was dat nooit gebeurd’
Vijftien jaar geleden kreeg Sylvia een ernstige vorm van borstkanker, die gelukkig goed kon worden behandeld, maar die met de zware chemo’s van destijds de nodige lichamelijk schade aanrichtten.
‘In mijn geval was dat hartfalen,’ vertelt ze in Zorgvisie. ‘Het ongelukkige was dat ik vervolgens verhuisde en dat mijn medische dossier niet goed in het nieuwe ziekenhuis terechtkwam. Naast mijn eigen data kwamen er data in terecht van een andere patiënt. Mijn hartfalen bleef daardoor onopgemerkt en kon onvoldoende worden behandeld. Ik ondervind daar nog altijd de negatieve gevolgen van. Met een PGO was dat nooit gebeurd.’
Sylvia gaat in het artikel ook in op de huidige stand van zaken op de PGO-markt (’28 PGO’s hebben het medMij-label, daarmee is de markt naar mijn idee wel verzadigd’) en op de misverstanden die bij zorgverleners leven rondom PGO’s.
‘Ze denken bijvoorbeeld dat zij zelf informatie in al die verschillende PGO’s moeten zetten. Maar dat is niet nodig. Een zorgverlener blijft gewoon in zijn of haar EPD werken en de patiënt haalt een kopie van die gegevens, of een deel daarvan, naar zijn PGO. Daar hoeft de arts niets voor te doen.’